MediaWorld’s verkeerde iPad-uitverkoop: een les in online prijsfouten

Een onbedoelde prijsfout bij de Europese elektronicawinkel MediaWorld leidde ertoe dat iPads op 8 november voor slechts € 15 ($ 17) werden verkocht in plaats van de gebruikelijke € 879 ($ 1.012). De deal, aangeboden aan houders van een klantenkaart, werd aanvankelijk zonder problemen verwerkt, waarbij klanten binnen 40 minuten een orderbevestiging ontvingen. Het incident benadrukt een groeiende kwetsbaarheid in de e-commerce: menselijke of technische fouten kunnen leiden tot enorme, maar juridisch onduidelijke prijsfouten.

Het eerste aanbod en de reactie van de klant

De ongewoon lage prijs verscheen op de website van MediaWorld naast de standaard Black Friday-promoties, waardoor het voor veel consumenten plausibel leek. Bestellingen die via de optie “betalen en afhalen in de winkel” werden geplaatst, werden zoals verwacht geaccepteerd en uitgevoerd. Er waren geen waarschuwingen over mogelijke fouten aanwezig in de algemene voorwaarden op het moment van aankoop. Dit roept vragen op over hoe retailers in realtime met prijsproblemen omgaan.

De omkering van MediaWorld

Elf dagen later probeerde MediaWorld de fout via e-mail te corrigeren, waarbij klanten werd gevraagd de iPads terug te sturen voor een terugbetaling van € 15 plus een voucher van € 20, of ze te behouden terwijl ze het verschil betaalden, met een korting van € 150. Het bedrijf rechtvaardigde deze stap als een noodzakelijke correctie van een ‘duidelijk herkenbare technische fout’, maar de communicatiemethode – een eenvoudige e-mail in plaats van een formele juridische mededeling – liet ruimte voor consumentendebat.

Het juridische grijze gebied

De situatie hangt af van de vraag of de korting zo extreem was dat deze voor de klanten duidelijk had moeten zijn. Volgens de Italiaanse wet (artikel 1428 van het Burgerlijk Wetboek) kan een contract nietig worden verklaard als de fout fundamenteel en herkenbaar is. Consumentenadvocaat Massimiliano Dona stelt echter dat het bewijzen van ‘herkenbaarheid’ lastig is.

De context is van belang: agressieve Black Friday-verkopen, frequente tijdelijke aanbiedingen en de variabiliteit van online prijzen maken het moeilijker om te beweren dat de fout inherent duidelijk was. Of een informele shopper of een professionele wederverkoper de aankoop heeft gedaan, heeft ook invloed op het juridische argument. Als de koper een elektronica-flipper is, verzwakt het argument voor onwetendheid van de consument aanzienlijk.

Het standpunt en de toekomstige implicaties van MediaWorld

MediaWorld beweert dat het aanbod een “kennelijke fout” was en dat hun tussenkomst erop gericht was het “contractuele evenwicht” te behouden. Ze boden klanten een keuze en beschouwden dit als een gebaar van goede wil dat verder ging dan de wettelijke verplichting. Dit incident onderstreept de noodzaak van betere realtime prijscontroles en duidelijkere voorwaarden met betrekking tot foutcorrecties in de e-commerce.

De vraag blijft of MediaWorld juridische stappen zal ondernemen tegen klanten die weigeren hieraan te voldoen, maar een dergelijke stap zou hun reputatie kunnen schaden. Voorlopig dient de situatie als een waarschuwend verhaal voor zowel retailers als consumenten: er gebeuren fouten en het navigeren daarin vereist een zorgvuldige juridische afweging.

попередня статтяTechnische updates: productiviteit, privacy en AI-tools
наступна статтяHome Depot Kerstkeuzes voor gepensioneerden: eenvoudig decor voor een feestelijk 2025